..... naar gedichten 3 & 4

Projectie

Het zal wel donker zijn, en stil, als je er niet meer bent.
Misschien zo stil en donker als het ademloos moment
waarop het zaallicht dimt voordat de film begint,

dat ogenblik. De hele eeuwigheid. Misschien.
Maar als je droomt dat je een vlinder bent,
kun je evengoed een vlinder zijn
die droomde dat hij mens was.

Je mag dit nooit vergeten. Op een dag
kust een van ons de ogen van de ander dicht
en moet dan weten: dit is louter pauze totdat alles
weer opnieuw begint. Jij en ik - geen stof, maar licht.


lees ook het gedicht van Menno Wigman - Dit is mijn dag


Voor de liefste onbekende
Wie van ons twee heeft de ander bedacht? - Paul Eluard

Wat ben ik blij dat ik je nog niet ken.
Ik dank de sterren en de maan
dat iedereen die komt en gaat
de diepste sporen achterlaat, behalve jij,
dat jij mijn deuren, dicht of open,
steeds voorbijgelopen bent.

Het is maar goed dat je me niet herkent.
Kussen onder straatlantaarns
en samen dwalen door de regen,
wéér verliefd zijn, wéér verliezen,
bijna sterven van verdriet -
dat hoeft nu allemaal nog niet.

Ik ben nog niet aan ons gehecht.
Ik kijk bepaald niet naar je uit.
Neem de tijd, als je dat wilt.
Wacht een maand, een jaar,
de eeuwigheid en één seconde meer -
maar kom, voor ik mijn ogen sluit.