Wara Avatara (vlammenzwijn)

Ik ga het hier niet
hebben over seks, dit is
tenslotte poëzie, maar ook
als ik loop of zwem of
mijn gespannen lichaam in
een spiegel zie, krijgt ik het
zo warm. Het lijkt wel transpiratie

maar dan vooral vanbinnen,
in het diepst van mijn zinnen.
Het vervelende is wel, dat je je
daar moeilijk wassen kunt. Het
wordt er dan ook dierlijker en
natuurlijker met de dag. Maar dat kan
me eigenlijk niet schelen. Ik vind het

heerlijk zo, ik weet dat alles mag.

 

Het voordeel van de twijfel

Bent u tevreden, zegt het
aan uw vrienden! Bent u niet tevreden,
zegt het aan ons!, stond er op het
bordje bij de kassa. En ik bekende. Ik

ben zo ongelukkig juffrouw, in de massa,
ik ben jong en wil ook ’s een verzetje. Maar
ik ben gevangen in de korst van ellende. Ik
ben als het diepstgevroren kroketje, werkelijk

álles heb ik verloren: mijn
smaak, mijn schoonheid en mijn
idealen. Ik ben als een nutteloze
vod, een rolstoel met pedalen,

een doodgereden hottentot in
de straten van Manhattan. Ik
ben in de val gelopen, verstrikt
in eigen netten. Dáár hang ik dan:

een malse prooi, zwaar wiegend in het
web, spartelend en kruipend; vergeefs
wachtend op de spin, terwijl haar ei al
openbreekt in mij, onzichtbaar sluipend

binnenin.